De stenen (wie zou dit kunnen geloven, tenzij de eeuwenoude overlevering als getuige geldt?) begonnen hun hardheid en hun stijfheid af te leggen en ze begonnen langzamerhand zacht te worden, en zacht geworden, een vorm aan te nemen. Weldra, toen ze waren gegroeid en hun een zachtere natuur den deel viel, kon weliswaar een vorm, maar nog niet een duidelijke vorm van een mens gezien worden, maar een vorm, zoals uit marmer begonnen, niet helemaal voltooid en zeer lijkend op onbewerkte beelden. Het deel echter daarvan dat door sap vochtig en van leem was, is veranderd om te dienen als vlees; wat hard was en niet gebogen kan worden, wordt veranderd in botten, wat zojuist nog een ader was, bleef dat onder dezelfde naam; in korte tijd begonnen door de macht der goden de stenen, gegooid met de handen van de man, de gedaante van mannen aan te nemen en door de gooi van de vrouw is de vrouw herschapen. Daarom zijn wij een hard geslacht en gehard tegen inspanning en geven wij bewijzen van welke oorsprong wij zijn.