Ook zei Heer God:Het is niet goed voor een mens dat die alleen is, laten wij voor hem een hulp maken gelijk aan hem. Dus toen alle levende zielen van de aarde en alle vogels des hemels gevormd waren uit de aarde, toen bracht Heer God hen nar Adam, om te zien, hoe hij ze noemde en iedere naam, die Adam noemde van de levende ziel, dit is de naam ervan. En Adam noemde alle wezens met zijn namen en alle vogels des hemels en alle wilde dieren van de aarde.Er werd geen helper gevonden voor Adam die gelijk aan hem was. Dus Heer God bezorgde een diepe slaap aan Adam. En toen hij ingeslapen was, nam hij een van de ribben van hem en vulde deze op met vlees, in plaats hiervan. En Heer God maakte de rib die hij had gepakt van Adam, tot een vrouw. En hij bracht haar naar Adam. En Adam zei: Dit nu is een bot uit mijn botten en vlees van mijn vlees. Deze zal mannin worden genoemd, aangezien zij uit de man genomen is. Vanwege hem zal een mens zijn vader en moeder verlaten, en zal hij! bij zijn echtgenoot blijven, en de twee zullen tot een vlees zijn. Beiden waren echter naakt, Adam en zijn echtgenoot, en zij schaamden zij niet.