Een zekere meester kwam blij vanop reis naar huis terug omdat hij zeer veel geld had verdiend. De slaaf Maimundus kwam zijn meester tegemoet. En wanneer de meester hem zag, vroeg hij uit vrees dat hij leugens zou zeggen, zoals het zij gewoonte was:"Iets nieuws?"
-De slaaf: "Wat zal ik zeggen meester? Ik weet helemaal niet wat te zeggen. Slechts... laten we blij zijn dat u gelukkig bent. Moge de hemelgoden een gunstig oog gooien op al uw bezigheden. Het is immers waar wat ze zeggen, Fortuna is zelden dezelfe mensen gunstig gezind."
De meester:"Wat? Pas op dat je mij alle dingen zegt die je weet maar vertel mij geen leugens."
De slaaf: "Op een dag kunnen er vele dingen gebeuren...Ik zal geen leugens vertellen,meester, en ik weet slechts een beetje nieuws: Onze kleine hond is dood."
De meester antwoord hem: "Op welke manier is hij gestorven?"
De slaaf: "Ik zweer bij alle goden dat wij het niet konden verhinderen dat het zo gebeurd is. Onze muilezel is opgeschrikt, heeft zijn ketting losgetrokken en terwijl hij vluchtte, vertrappelde hij de hond onder zijn poten."
De meester:"Het zei zo. Zeg me wat er is gebeurt met de muilezel."
De slaaf: "Wij hebben niets gedaan want hij is in de diepe rivier gevallen en hij is gestorven."
De meester:"Maar waardoor is de ezel opgeschrikt?"
De slaaf: "Heu... Het gebeurde dat jouw zoon van het dak viel. Ik vrees dat hij dood is. Zo is de muilezel opgeschrikt."
De meester: "En zijn moeder, weet jij hoe het met mijn echtgenote gaat?"
De slaaf: "Er valt te betreuren dat ook zij wegens het te grote verdriet om haar zoon gestorven is."
De meester:"Wat moet ik doen? Ik moet eraan. Fortuna nam de zon uit mij leven weg. Omdat ik van de onsterfelijke goden niets dierbaarder heb gekregen dan mijn vrouw en mijn zoon."
Opgelet Deze tekst is nog niet volledig, volledige/betere versie kan worden opgestuurd.