Waarom werd niet Segestes maar Arminius gelooft
Onverwachts werd Varus gewaarschuwd dat de Germanen op een afgelegen plaats de wapens hebben opgenomen en dat daar de Romeinse bezettingstroepen vernietigd waren. Varus, die de ware karakter van de leider van de Germanen allerminst doorzag, raadpleegde Arminius over her gevaar van de Romeinen. En deze antwoordde met een geveinsde trouw: "Er werd toch wel bij jullie Livius geschreven: als jij vrede wil, bereid dan een oorlog voor. Ik weer dat het dikwijls beter is zelf een oorlog aan je vijanden te verklaren dan een aanval van je vijanden af te wachtten." En met zeer sluwe woorden van die aard haalde hij tenslotte de gezand over.
En zo, alhoewel Varus door Segestes, een van de leiders van de Germanen en een vriend trouw aan de Romeinen, gewaarschuwd werd dat Arminius geen vriend is maar in werkelijkheid hinderlagen voor de legioenen voorbereide, geloofde hij Segestes niet en zei: Wij weten immers allemaal dat hij een vijand is van Arminius. Deze, die de wil van Segestes verachtte, trouwde met zijn dochter Thusnelda. Daarbij komt ook nog dat zij met groot tumult (litotes) uit het huis van haar vader zelf door haar geliefde weg geroofd en werd overgebracht naar zijn familie. Omwille van die reden werd Segestes door iedereen van zijn stam en de aangrenzende stammen uitgelachen en Arminius door wie hij niet alleen berooft was van zijn dochter, maar ook door wie hij ook zelfs beroofd was van zijn goede naam en zijn aanzien, hij waardeerde hem helemaal niet. Dit zijn de gewoonten van de Germanen! Haha, geloof mij: ik ben er zeker van dat wij het hoogste vertrouwen kunnen hebben in onze bondgenoot Arminius.
De nederlaag van Varus
En Varus gehoorzaamde alle raadgevingen en op geen enkele voorzichtig leidde hij drie legioenen samen met slaven, vrouwen en zelfs kinderen door bossen en moerassen en bergpassen. Waneer men in een donkere bergpas aankwam, vielen de Germanen onverwachts uit alle kanten uit de zeer lange colonne met werptuigen aan. Voordat de Romeinen zich konden verdedigen, trokken de Germanen zich al terug in de bossen. De Romeinen werden gedurende drie dagen en nachten niet alleen door de plotse aanvallen van de Germanen maar ook door het zeer slecht weer onderdrukt.
Wanneer ze tenslotte noch vooruitgang boekten noch zich konden terugtrekken, beroofde Varus, wanhopend over de redding, zich van het leven. De soldaten, die zagen dat hun leider dood was, deden ofwel hetzelfde ofwel sloegen ze overwonnen op de vlucht (vertrouwde zich toe tot de vlucht). Deze echter liepen ook hun dood tegemoet, en dan nog een zeer bittere. Weinig sneuvelden niet, zeer weinige kwamen levend terug uit de bossen.
Twintigduizend soldaten sneuvelden in de moerassen van Germanië. De drie adelaars, de tekens en symbolen van de legioenen, werden door de vijanden buitgemaakt en op die manier werden aan de overwonnen legioenen een zeer grote schande toegebracht. Het hoofd van Varus werd door Arminius als een geschenk aan een vriend (Marbod) aangeboden.
Tenslotte werd de waardigheid van de Romeinen, aangevallen door de terreur van de Germanen, door Germanicus hersteld.
Nadat die nederlaag aan (of in) Rome was gemeld, zijn zeer vele burgers ten zeerst in paniek uit de stad weggevlucht. Men zegt dat Augustus geroepen heeft met luide stem en met vele tranen: Varus, Varus, geef mij mijn legioenen terug. Later werden verschillende Romeinen, zoals men overlevert, in Germanië door de dode Varus schrik aangejaagd: terwijl hij 's nachts ronddwaalde en verscheen aan hen en terwijl hij bloed uit zijn vele wonden liet lopen, riep hij hen met gruwelijke stem tot bij zich.
Alhoewel de opperbevelhebber Germanicus dikwijls Arminius in gevechten overwon, kon hij hem zelf niet te pakken krijgen. Thusnelda echter en de kleine zoon van Arminius werden gevangen genomen en naar Italië gestuurd. Wanner Germanicus zes jaar na de nederlaag de overblijfselen van de legioenen terugvond en met een grafheuvel bedekte, werden ook twee adelaars door zijn legioenen uit de tempels van de Germanen teruggeroofd. Op die manier herstelde Germanicus de waardigheid van de Romeinse naam.